IKEA en het Nederlandse woonlandschap
Trendsetter of trendvolger?
Samenvatting
Ikea, het woonwarenhuis uit Zweden, vierde in 2013 dat het 35 jaar geleden zijn eerste vestiging in Nederland opende. Tijdens de overzichtstentoonstelling in een oude fabriekshal in Amsterdam-Noord. werd niet alleen het verhaal verteld hoe oprichter Ingvar Kamprad IKEA van een simpel postorderbedrijfje een multinational maakte, maar werd ook veel aandacht besteed aan IKEA’s invloed op het Nederlandse woonlandschap. Die invloed was primair via de jaarlijkse verspreiding van de dikke catalogus verlopen; vandaar dat alle 35 covers van de IKEA-catalogus groot op banieren waren afgedrukt om de bezoeker een nostalgische terugblik te bezorgen. Bovendien hadden de tentoonstellingsmakers een oproep gedaan onder de houders van de IKEA Family-card, zeg maar de IKEA-fanclub, om zich met hun meest geliefde IKEA-trofee te portretteren. Van de vele ingelijste fotootjes van trotse bezitters op hun IKEA-bank, aan hun IKEA-tafel of bij hun IKEA-bed, waren er enkele uitgekozen voor een groot formaat, professioneel portret met een uitgebreidere toelichting over wat het meubelstuk of de lamp voor hen betekende.
IKEA’s bedrijfsfilosofie, waarbij de anonimiteit van het massaproduct doorbroken wordt door in de catalogus de naam en soms ook het gezicht van de ontwerper aan het nieuwe product te verbinden, werd geïllustreerd met enkele videopresentaties waarin de veelal jonge ontwerpers het scheppingsverhaal van hun ontwerp vertelden. Ook benadrukte de tentoonstelling dat het bedrijf altijd al duurzaam bezig was geweest en dat IKEA’s wereldwijde populariteit vooral te danken is aan de goede prijs-kwaliteitverhouding, mede omdat de meubels uitvoerig getest worden op levensduur. In iedere IKEA-vestiging staat dan ook pontificaal de zit-testmachine die dat al sissend en ploffend moet bewijzen. Ook de oude besparingsclaim dat ‘meubels in een doosje’ goedkoper zijn doordat de klant de montage overneemt, heeft met de geringere ecologische voetafdruk van massavervoer van platte doosjes een nieuwe duurzaamheidsdimensie gekregen. Voor de toekomst ziet het bedrijf de duurzaamheidsclaim vooral in de omschakeling op energiezuinige led-verlichting in zijn lampontwerpen en illustreerde dat met een feeëriek verlichte wandeling door een aantal zeecontainers. Het accent in het toekomstperspectief lijkt daarmee te verschuiven van meubelontwerp naar lampontwerp, misschien onder invloed van het decoratieve succes van de Maskros – de hanglamp gemaakt van allemaal losse papieren bloemetjes op steeltjes.