Van kritisch regionalisme naar kritisch realisme

Vragen bij de commodificatie van traditie

Auteurs

  • Nelson Mota TU Delft, Architecture and the Built Environment

Samenvatting

In 1990 verklaarde de Nederlandse architectuurcriticus Hans van Dijk het concept ‘kritisch regionalisme’ achterhaald. Hij zei dit in zijn bespreking van de debatten die plaatsvonden tijdens het congres ‘Context and Modernity. The Delft International Working Seminar on Critical Regionalism’, dat werd gehouden aan de faculteit Bouwkunde van de TU Delft. ‘Na een gebruik van tien jaar,’ zo stelde Van Dijk, ‘kleven er zoveel negatieve en foutieve betekenissen aan deze noties dat ze niet langer als een betrouwbaar vehikel voor een idee, laat staan voor een attitude, ethische code of bron van hoop en verwachting kunnen dienen.’ Volgens Van Dijk is het moment waarop het kritisch regionalisme werd neergehaald, precies aan te wijzen. Dat was toen Alexander Tzonis, een van de bedenkers van het begrip, zijn lezing tijdens het congres afsloot door enkele letters in ‘kritisch regionalisme’ door te strepen, zodat een nieuw begrip ontstond: ‘kritisch realisme’. Van Dijk meldt dat Tzonis vond dat het woord ‘regio’ metaforisch moest worden opgevat en dat ‘regionalisme’ dus beter kon worden vervangen door ‘realisme’.

Twee decennia na dit congres speelt het begrip kritisch regionalisme – hoewel vele malen bevraagd en betwist – nog steeds een belangrijke rol in het hedendaagse architectuurdebat. Net als toen zijn er ook nu mensen die geen vertrouwen hebben in het vooruitgangsgeloof van de modernistische ideologie, en nog steeds scharen mensen zich achter de populistische roep om een nostalgische terugkeer naar de toestand van vóór de industriële revolutie. De organisatoren van het Delftse congres benadrukten in 1990 dat ze concepten zoals context, moderniteit en identiteit ter discussie wilden stellen in een tijd van culturele verwarring waarin ‘men op zoek gaat naar “hoop” in cultuuruitingen die eeuwige stabiliteit in het vooruitzicht stellen, zoals fundamentalistische religies, de marginale [sic] “authentieke” en “trotse” nationalistische volksbewegingen’.3 Dit leverde de vraag op, of identiteit de spanning tussen context en moderniteit kán overleven.

Biografie auteur

Nelson Mota, TU Delft, Architecture and the Built Environment

Nelson Mota is Associate Professor of Architecture at Delft University of Technology. He holds a professional degree in Architecture (1998) and an advanced master in Architecture, Territory and Memory (2006) from the University of Coimbra (Portugal) and a PhD (2014) from Delft University of Technology. Nelson is a founding partner of the architectural office comoco arquitectos. He is the author of the book A Arquitectura do Quotidiano (The Architecture of the Everyday) published in 2010, and co-editor of Footprint 17: “The ‘Bread & Butter’ of Architecture: Investigating Everyday Practices” ( 2015), Joelho 8: “Ideas and Practices for the European City” (2017), and Footprint 24: “The Architecture of Housing after the Neoliberal Turn” (2019). Nelson is the leader of the research group Global Housing and coordinator of the Global Housing educational program at the TU Delft. He is  member of the editorial board of the academic journal Footprint and DASH. 

##submission.downloads##

Gepubliceerd

2018-06-01

Citeerhulp

Mota, N. (2018). Van kritisch regionalisme naar kritisch realisme: Vragen bij de commodificatie van traditie. DASH | Delft Architectural Studies on Housing, 4(06), 46–55. Geraadpleegd van https://journals.open.tudelft.nl/dash/article/view/4682